Algemeen bestuurlijk perspectief

Toelichting begroting 2022 en meerjarenbegroting 2023-2025

Raadsbesluit perspectiefnota 2022
Op 8 juli 2021 heeft de raad besloten:

  1. De Perspectiefnota 2022 als beleids- en financieel kader vast te stellen en daarmee in te stemmen met:
    a. de actualisatie van de meerjarenbegroting Jeugdhulp en Wmo;
    b. de maatwerkafspraak met de financieel toezichthouder om de stelpost 'compensatie door het Rijk voor hogere kosten jeugdhulp' te verhogen;
    c. de denkrichtingen voor mogelijke ombuigingen bij de begroting;
    d. een onttrekking aan de beklemde algemene reserve van € 577.000 ten behoeve van de uitvoering programmaplan Omgevingswet. Dit bedrag te storten in de bestemmingsreserve Implementatie Omgevingswet;
    e. de begrotingsrichtlijnen 2022.
  2. Het college opdracht te geven om ombuigingsmaatregelen uit te werken tot een bedrag dat nodig is om een structureel sluitende meerjarenbegroting 2022-2025 (met uitzondering van 2023) op te stellen.

Op basis van dit besluit hebben wij de begroting 2022 opgesteld. In 3.2 worden de financiële  verschillen tussen de Perspectiefnota 2022 en de begroting 2022 op hoofdlijnen toegelicht.

Financiële ontwikkelingen na vaststelling van de Perspectiefnota 2022
De financiële ontwikkelingen na vaststelling van de Perspectiefnota 2022 door de raad, hebben een positief effect op de prognose van het saldo van de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023-2025.

Tabel:   prognose begroting 2022 en meerjarenraming 2023-2025

bedragen x € 1.000

Omschrijving

2022

2023

2024

2025

Indicatie financieel meerjarenperspectief 2022-2024
(op basis van perspectiefnota 2022)

-2.150

-3.050

-2.500

-2.500

Compensatie Rijk hogere kosten jeugdzorg

2.461

1.022

839

618

Reservering overschot compensatie kosten jeugdzorg 2022

-827

-

-

-

Algemene uitkering

1.425

1.072

840

1.060

Beleidsintensivering

-607

Diversen (o.a. actualisatie kapitaallasten, stelposten, financieringsresultaat, uitwerking begrotingsrichtlijnen)

-100

65

-170

-247

Prognose begroting 2022 en
meerjarenraming 2023-2025

202

-891

-991

-1.069

Hieronder worden de bovenstaande posten nader toegelicht.

  • Compensatie Rijk hogere kosten jeugdzorg en reservering overschot compensatie kosten jeugdzorg
    Tussen VNG en Rijk zijn afspraken gemaakt over een Hervormingsagenda voor het Jeugdstelsel. Als onderdeel voor deze afspraken komt er voor het jaar 2022 een bedrag van € 1,3 miljard extra beschikbaar bovenop de € 300 miljoen die al eerder was toegezegd.
    De structurele bekostiging vanaf 2023 is overgelaten aan het nieuwe kabinet. In gezamenlijkheid hebben het Rijk, IPO en VNG afspraken gemaakt over de bedragen die gemeenten in hun meerjarenbegroting als stelpost mogen opnemen. Daarbij is het uitgangspunt gehanteerd, om in het kader van behoedzaamheid, 75% van de bedragen te hanteren. De provinciaal toezichthouder ziet de middelen als structureel dekkingsmiddel. De raad is hier op 26 augustus 2021 middels een raadsinformatiebrief geïnformeerd.
    In de begroting 2022 zijn bezuinigingen (ombuigingen) opgenomen voor de kosten voor jeugdzorg, hierdoor is niet het gehele compensatiebedrag in 2022 nodig. Dit overschot is gereserveerd voor (toekomstige) kosten van jeugdzorg.
    Structureel positief effect van € 1.634.000 in 2022 aflopend tot € 618.000 in 2025.
  • Algemene uitkering
    De meicirculaire 2021 van het gemeentefonds heeft een positief effect op het meerjarig saldo. De verschillen worden veroorzaakt door ontwikkelingen van de uitkeringsbasis, hoeveelheidsverschillen, ruimte onder het plafond BCF en overige ontwikkelingen. De ontwikkeling van het accres heeft een negatief effect. De raad is hierover op 24 juni 2021 middels een raadsinformatiebrief geïnformeerd.
    Positief financieel effect binnen een bandbreedte van € 840.000 tot € 1.425.000.
  • Beleidsintensivering
    Een aantal aandachtspunten vragen in de begroting 2022 om intensivering van het bestaande beleid. Het incidentele budget hiervoor is in de begroting opgenomen. Het betreft:
    • Onderzoek "tussentijdse evaluatie reorganisatie 1 januari 2019" (2022: incidenteel € 250.000)
      Op basis van de rapportage “tussentijdse evaluatie reorganisatie” liggen er een aantal veranderopgaven. Vraagstukken met betrekking tot sturing, structuur en mens en cultuur. De regie op de veranderopgaven ligt bij de directie. Echter voor de begeleiding van het geheel is externe procesbegeleiding nodig. Daarnaast is het van belang gezien de (ervaren) werkdruk incidenteel middelen beschikbaar te hebben om de belangrijkste knelpunten tijdelijk te kunnen oplossen.
    • Huisvesting stichting Enter (2022: incidenteel € 100.000)
      Stichting Enter zal ook de komende jaren als jongerencentrum een belangrijke rol spelen in Houten. Op korte termijn moeten de verwarmingsketel en ventilatietechniek worden vervangen. Alleen dan kan van Houten & Co jongerenactiviteiten in de winter blijven organiseren. De bestaande middelen zijn niet voldoende om de installaties te vervangen mét de gewenste verduurzamings-slag. Daarnaast wordt, samen met Enter, onderzocht wat nodig is om de accommodatie toekomstbestendig te maken. Door nu incidenteel voor het bovenstaande middelen beschikbaar te stellen kan stichting Enter op korte termijn (in de winter) openblijven en geeft het tijd/ruimte om verdere toekomstgerichte plannen uit te werken.
    • Innovatieagenda WIL / Houtense Werktafel (2022: incidenteel € 88.000)
      I n het najaar 2021 wordt de raad besluitvorming gevraagd over de 'Innovatieagenda WIL - gemeenten'. Het beoogd effect hiervan is om inwoners zoveel mogelijk naar vermogen te kunnen laten deelnemen aan de samenleving door middel van betaald of onbetaald werk. Daarbij wordt uitgegaan van wat iemand kan of wil leren, waarbij maatwerk ondersteuning wordt geboden. Hiervoor wordt een samenhangende infrastructuur van lokale en regionale dienstverlening opgezet. Deze infrastructuur ondersteunt inwoners integraal richting werk of participatie. De ondersteuning wordt georganiseerd in samenhang met hulp op andere levensgebieden. De incidenteel benodigde middelen zijn nodig voor de voorbereiding en implementatie van de innovatieagenda van de WIL.
      Vooruitlopend op het raadsbesluit in het najaar 2021 is hier bij het opstellen van de begroting 2022 wel alvast rekening mee gehouden.
    • Sterke Lekdijk (2022: incidenteel € 105.000)
      Samen met HDSR zijn we gestart met de voorbereidingen voor het project Sterke Lekdijk. Belangrijke wens van Houten binnen dit project is het vergroten van de wegcapaciteit tussen de A27 en Fort Honswijk zoals opgenomen in de Mobiliteitsvisie Eiland van Schalkwijk. Ook willen we het opknappen van de inlaad-sluis bij Fort Honswijk in dit project onderbrengen. In 2022 moeten voor deze ontwikkelingen voorbereidingskosten (€ 205.000) worden gemaakt. Een deel (€ 100.000) van deze voorbereidingskosten kan worden gefinancierd uit de bestemmingsreserve Mobiliteit en Bereikbaarheid.
    • G riffie (2022: incidenteel € 64.000)
      Om de basis op orde te brengen en het huidige werk van de griffie te kunnen voortzetten, is er een tweede raadsadviseur nodig. Voor deze formatie-uitbreiding is geen structurele dekking in de begroting. In het najaar 2021 wordt de raad hierover besluitvorming gevraagd. Vooruitlopend op dat raadsbesluit is bij het opstellen van de begroting 2022 wel rekening gehouden met een incidenteel budget voor 2022. Op basis hiervan kan tijdig worden geanticipeerd om tijdens de gemeenteraadsverkiezingen in maart 2022 een adequate ondersteuning vanuit de Griffie aan de raad te kunnen bieden.

Totaal negatief financieel effect van beleidsintensivering in 2022 € 607.000.

  • Diverse mutaties
    De overige mutaties betreffen het actualiseren van de kapitaallasten (- € 146.000), stelposten  
    (- € 21.000) en financiering (€ 16.000). Daarnaast is hierin de uitwerking van de begrotingsrichtlijnen en een aantal kleine aanpassingen opgenomen  (€ 50.000).
    Financieel effect van -/- € 100.000  in 2022 naar -/-€ 247.000 in 2025.
Deze pagina is gebouwd op 10/01/2021 09:38:02 met de export van 10/01/2021 09:32:18